Liefde en loonstroken: schijncontracten onder de loep
- sandyemons
- Jul 18
- 2 min read

Een man en een vrouw sloten tijdens hun huwelijk een arbeidsovereenkomst met elkaar. Echter heeft de vrouw nooit daadwerkelijk voor de man gewerkt: het betrof een ‘’schijn’’ arbeidsrelatie die wegens fiscale redenen tot stand is gekomen. Eind 2024 werd de relatie verbroken en, u raadt het al: de vrouw maakte aanspraak op loon en andere vergoedingen. De man stelt dat er helemaal geen arbeidsovereenkomst bestaat. Wie heeft er nu gelijk?
Vast staat dat er wel een document is opgesteld en ondertekend dat het vermoeden doet ontstaan dat er een arbeidsovereenkomst is tussen deze partijen. De man stelt echter dat er alleen op papier een arbeidsovereenkomst is overeengekomen om fiscale redenen, maar dat er niet is gewerkt. Het was ook niet de bedoeling van partijen dat de vrouw daadwerkelijk als werknemer arbeid zou verrichten. Het was een fiscale verantwoording voor een maandelijks leefgeld/bijlage van de man aan de vrouw.
De man zegt dus dat er door de vrouw nimmer is gewerkt. Ze is wel eens mee geweest naar een beurs, maar dat was dan in privé en niet voor werk. De vrouw stelt daarentegen dat zij daadwerkelijk werkzaamheden heeft verricht. Zij heeft echter desgevraagd nauwelijks concrete voorbeelden kunnen geven van werkzaamheden die zij in opdracht van haar man zou hebben uitgevoerd. Zij noemt slechts in algemene zin dat ze ‘verkoop en styling’ deed, af en toe schoonmaakwerk verrichte en dat ze op websites keek naar acties van andere ondernemingen.
Waar het gaat om een functie van verkoopmedewerkster voor 37 uur per week, is het onwaarschijnlijk dat daaraan uitvoering is gegeven zonder dat de andere medewerkers van de onderneming dit gemerkt hebben. Ook blijkt niet dat de voor een arbeidsovereenkomst nodige gezagsrelatie aanwezig was.
Het voorgaande leidt dan ook tot de conclusie dat de Rechtbank voor recht verklaart dat er geen sprake is van een arbeidsovereenkomst tussen de man en de vrouw.
Deze opvallende uitspraak laat maar weer eens het belang zien van hoe partijen zich feitelijk ten opzichte van elkaar (hebben) gedragen. Ongeacht wat er tussen partijen op papier is afgesproken, kan dit namelijk de doorslaggevende factor zijn voor de rechter om een overeenkomst / relatie tussen partijen te kwalificeren!
Heeft u vragen over de kwalificatie van uw (arbeids-)overeenkomst? Neem gerust contact met ons op via info@consigliera.nl of bel naar 0475-584 214.
Bron: ECLI:NLRBGEL:2025:4297
Geschreven door: Sarah Vanneer


























Comments