Gevolgen van het regeerakkoord voor het arbeidsrecht
Op 10 oktober 2017 heeft het nieuwe kabinet het regeerakkoord bekend gemaakt. Dit regeerakkoord heeft ook gevolgen voor het arbeidsrecht. We zetten de belangrijkste aandachtspunten voor u op een rij:
- Proeftijd:
De mogelijkheden voor een langere proeftijd worden verruimd. Het doel is om het aangaan van een contract voor onbepaalde tijd aantrekkelijker te maken voor werkgevers. Indien een werkgever als eerste een contract voor onbepaalde tijd aanbiedt, wordt de proeftijd verruimd naar vijf maanden. Voor contracten langer dan 2 jaar wordt de proeftijd drie maanden. In overige gevallen blijft de proeftijd zoals deze nu is.
- Opvolgende tijdelijke contracten:
De periode waarna elkaar opeenvolgende tijdelijke contracten overgaan in een contract voor onbepaalde tijd, wordt verlengd van twee naar drie jaar.
Voor opvolgende contracten geldt dat de telling opnieuw begint als tussen contracten een tussenpoos van zes maanden zit. Het uitgangspunt voor de tussenpoos blijft deze zes maanden. Per sector kan er echter afgeweken worden en kan de tussenpoos verkort worden als het werk daarom vraagt. Dit is al geregeld voor seizoensarbeid. Deze optie wordt verruimd naar ander terugkerend tijdelijk werk dat ten hoogste gedurende een periode van negen maanden kan worden verricht. De plek om hierover afspraken te maken is in beginsel het overleg tussen sociale partners.
- Transitievergoeding:
Werknemers krijgen vanaf het begin van hun arbeidsovereenkomst recht op transitievergoeding in plaats van na twee jaar. Voor elk jaar dienstverband gaat de transitievergoeding een derde maandsalaris bedragen, ook voor contract-duren langer dan 10 jaar.
De verplichting tot het betalen van een transitievergoeding wordt wel in sommige gevallen verlicht. Dit ziet met name op compensatie van de werkgever voor de transitievergoeding na twee jaar ziekte alsmede op versoepeling van de overbruggings-regeling voor kleine werkgevers bij ontslag om bedrijfseconomische redenen, waardoor meer kleine werkgevers hiervan gebruik kunnen maken en aldus kunnen volstaan met een lagere transitievergoeding. De mogelijkheid om scholingskosten in mindering te brengen op de transitievergoeding wordt eveneens verruimd.
- Loondoorbetaling bij ziekte:
De loondoorbetalingsperiode voor kleine werkgevers (tot 25 werknemers) wordt verkort van twee naar één jaar. De collectieve kosten van het tweede jaar worden gedekt via een uniforme lastendekkende premie, te betalen door kleine werkgevers. Tevens wordt de periode waarvoor premiedifferentiatie geldt in de WGA, verkort van tien jaar naar vijf jaar.
- Ontslag
Het wordt de werkgever toegestaan om meerdere ontslaggronden aan te voeren die tot ontslag kunnen leiden, terwijl ontslag slechts op één ontslaggrond kan worden gebaseerd. Daar staat tegenover dat de rechter aan de werknemer een extra vergoeding kan toekennen van maximaal de helft van de transitievergoeding (bovenop de reeds bestaande transitievergoeding).
- Inperking nulurencontracten
Het kabinet wil voorkomen dat bij nulurencontracten sprake is van permanente beschikbaarheid, indien de aard van de werkzaamheden dat niet vereist. In veel sectoren zijn hier goede afspraken over gemaakt. Niettemin is er sprake van ongewenste situaties, waarbij nodeloze beschikbaarheid ook ten koste gaat van de mogelijkheden van werkenden om bijvoorbeeld andere (deeltijd)banen te accepteren. Daarom wordt vastgelegd dat in deze situaties de werknemer niet, of binnen een bepaalde termijn niet, gehouden is gehoor te geven aan een oproep, of dat bij een afzegging recht op loon ontstaat.
Kortom, er zijn weer veel veranderingen te verwachten in het arbeidsrecht. Wilt u weten wat dit
voor u gaat betekenen, neem dan contact met ons op via 046-4525221 of info@consigliera.nl.